Home              Ontsteking overzicht
 

     Ontsteking Dynamisch Afstellen

Wanneer we de ontsteking gaan afstellen beginnen we meestal met de basisafstelling of anders gezegd de statische afstelling. Sommige mensen vinden dit niet voldoende en willen ook een dynamische afstelling uitvoeren. Veel vermogenwinst is hiermee, als alles goed is,  niet te bereiken. Wel kunnen we de werking van de vervroeger controleren.


Het afstellen:  
Vroeger hield men het eenvoudig om de ontsteking af te stellen. Een paspen in het vliegwielhuis plaatsen voor de vastgestelde 8 graden voor BDP was dan ook voldoende. Hierna volgde dan nog de afstelling van het rotorhuis met het bekende lampje. Het op tijd draaien vormde dan nog het sluitstuk. Waarom diverse boekwerkjes vermelden over diverse toerentallen met de daarbij behorende vervoegingstijden, is wat onduidelijk.
Het kon dan ook niet gecontroleerd worden op onze Traction omdat de nodige hulpmiddeltjes hiervoor ontbraken.
Waarschijnlijk is dat ooit een keer bepaald door de fabriek maar veel hebben we er niet aan. Tenzij we alsnog een voorziening maken en aanbrengen waarbij we deze gegevens wel kunnen controleren. We monteren dan een strip met een pijlvorm op de aandrijvingsbehuizing die voor de waterpomp en dynamo dient. Op de poelie van deze aandrijving plakken we een deel van een gradenboog. Bij het afstellen van de ontsteking, waarbij we een paspen moeten plaatsen, kunnen we de aanduiding van 8 graden van de gradenboog overeen laten komen met de vaste instelling van 8 graden voor BDP. Een extra hulpmiddel is de flitslamp (stroboskooplamp) die aangesloten wordt op de bougiekabel van de eerste cilinder. Wanneer we nu de motor starten en hij stationair loopt, zien we dat de flits op het moment komt waarbij de pijl in de richting wijst van  8 graden (sticker op de poelie). Bij andere toerentallen gebruiken we onderstaande tabel en kunnen we vergelijken of de gegevens overeenkomen met de praktijk. De waarden hoeven niet precies overeen te komen maar bij benadering! 

Meting in de praktijk:
Wanneer we de voorontsteking controleren zien we dat de aanwijzing bij stationair toerental nogal heen en weer schuift. We moeten dus bij de aflezing van het aantal graden dan het gemiddelde nemen.
Een speling in de distributieketting en/of rotorbehuizing zal het lastige  aflezen versterken. Ook nu zal naar een gemiddelde waarde van de vervroeging moeten worden gekeken.

Elektronische ontsteking:
Bij de elektronische ontsteking wordt ook gebruik gemaakt van een vervroeging. Omdat in de elektronica moeilijk parabool of andere kromminge nageboots kunnen worden, wordt meestal uitgegaan van rechte lijnen. Je ziet dan ook dat er makkelijk een rechte lijn past tussen de twee lijnen in de grafiek. Er wordt dus voldaan aan de voorwaarden die gesteld worden voor wat betreft de vervroeging. Eigenlijk kan nu niet gesproken worden van een dynamische afstelling terwijl toch aan de fabrieksgegevens wordt voldaan..

We zien hier een sticker met een gradenverdeling op de poelie zitten. Echt interessant is het niet omdat een merkteken op de uiterste waarden genoeg is. Dus eigenlijk kunnen we volstaan met een merkteken voor de 8 graden en twee voor de andere uiterste waarden. De merktekens kunnen met wat witte verf aangebracht worden. Bij controle bij lopende motor zien we in grote lijnen of de vervroeging nog aan de gestelde eisen voldoet. Zo'n dynamische controle is in principe maar eenmaal nodig omdat we er niet van uitgaan dat in de toekomst daar verandering in zal komen. Zorg dan wel dat er voldoende onderhoud gepleegd wordt aan het stroomverdelermechanisme.

Vervroegingsgegevens van de Traction Avant:
De vervroeging moet zich in het groene gebied bevinden van de grafiek. We zien dat er nog een behoorlijke marge zit tussen de maximale en de minimale lijn.

Bij 3200 omwentelingen per minuut komen we uit op 26 graden voorontsteking.
De minimale grenscurve komt uit op 22 graden bij 3400 omwentelingen per minuut.


Grafiekgegevens:
De kromming is ontstaan door de eigenschappen van de veertjes in het rotorhuis die voor de vervroeging moeten zorgen. Door Citoën is aan de hand daavan de curve vastgesteld die de Tractionmotor een specifiek karakter meegeven.

Opmerking:
Dat er geen voorziening is aangebracht op de Tractionmotor voor een dynamische afstelling heeft waarschijnlijk te maken met het lage vermogen van de motor waarbij bij een nog nauwkeuriger afstelling niet veel vermogenswinst behaald kan worden. 
Het is en blijft een klassieker vandaar het ontbreken van faciliteiten om de motor dynamisch af te stellen. Ook bij de ID en DS van Citroën ontbreekt bij de meeste motor-types deze dynamische aftelmogelijkheid.

Naar boven

 

                        Web-Design en Techniek Traction Avant 11BL -  Ben E Kulsdom -  © 2006- -  www.kulsdom.be
Privacyverklaring
- Contact - Bijgewerkt: 22-02-2015